‘Wees jezelf. Er zijn al zoveel anderen.’ Een golden oldie van Loesje, waar niets tegenin te brengen valt. Maar makkelijk? Nee, ik vind van niet. En volgens mij ben ik niet de enige – en zeker niet de enige HSP – die hiermee worstelt.
Streven naar harmonie
Ik vind het moeilijk om mezelf te zijn en om te weten wat ik wil. Ik heb ontdekt dat dat veel te maken heeft met mijn neiging tot aanpassen en mijn streven naar harmonie. Dat inzicht ontdekte ik onder andere door een (achteraf) grappige botsing met mijn man. Hij zei regelmatig: ‘Zo ben ik nou eenmaal.’ Ik merkte dat die uitspraak mij een vervelend gevoel gaf. Op een gegeven moment sprak ik die irritatie uit. ‘Lekker makkelijk’, wierp ik hem voor de voeten. ‘Jij bent nou eenmaal zo. Punt. De ander moet zich dus maar aanpassen.’ Waarop hij mij verbaasd aankeek en vroeg: ‘Waarom moet de ander zich aanpassen? Dat vraag ik toch niet?’ Daarop viel ik stil. Hij vroeg daar inderdaad niet om. Dat was mijn interpretatie.
Jezelf kennen
Mijn hele leven ben ik een kameleon geweest. Ik paste mezelf automatisch aan. Ik dacht er niet bij na. Aanpassen zorgde voor harmonie en dat gaf een veilig gevoel, maar mijn eigen ik is daarbij ondergesneeuwd. Daarnaast kan ik me heel makkelijk in anderen verplaatsen en hun perspectief begrijpen. Ik voel vaak letterlijk met anderen mee. Dat maakt het extra moeilijk om een eigen mening te vormen. Achterafgezien denk ik dat de opmerking van mijn man mij irriteerde, omdat ik onbewust jaloers was op zijn stelligheid. ‘Zo ben ik nou eenmaal.’ Dat is jezelf kennen én jezelf zijn. Waarom kon hij dat wel en ik niet?
Optimale-optie-ambitie
Jezelf kunnen aanpassen, streven naar harmonie en zoeken naar de beste oplossing – Esther Bergsma noemt het de optimale-optie-ambitie – zijn op zichzelf mooie eigenschappen. Ze betekenen voor mij: inleven, meeleven, meedenken. De kameleon in mij heeft echter ergens in mijn leven geconcludeerd dat jezelf zijn standaard betekent dat je de harmonie verstoort. Dus duwde ik mezelf weg. Dat was uiteraard geen bewuste keuze, maar een geleidelijk aan groeiende gewoonte. En een enorme valkuil, want die conclusie klopt natuurlijk niet. Je kunt het met iemand oneens zijn en het toch goed met die persoon kunnen vinden. Of je eigen weg gaan, zonder iemand anders te blokkeren. Je hoeft jezelf niet weg te cijferen om de ander ruimte te geven. Laatst las ik een mooie uitspraak daarover: Taking care of yourself doesn’t mean me first, it means me too (L.R. Knost).
Kwaliteiten en valkuilen
Inmiddels word ik er steeds beter in om mijn ondergesneeuwde ik in de open lucht te krijgen. Om te weten wat ik wil, wat ik vind en wat bij mij past. En om daar ook naar te handelen, zonder dat ik me een buitenstaander voel of een egoïst of een verstoorder van de harmonie. Het (h)erkennen van mijn HSP-eigenschappen helpt me daarbij. In het boek Gelukkig Hoogsensitief zeggen Esther Bergsma en Derk Eimers dat hoogsensitiviteit een eigenschap is met kwaliteiten en valkuilen. Het (h)erkennen van beide kanten helpt mij om te bepalen wat ik wil en wat ik belangrijk vind.
Niet beredeneren, maar voelen
Een van de dingen die ik heb geleerd, is luisteren naar mijn lijf. Ik pik als HSP ontzettend veel signalen op. Van buiten, maar ook van binnen. Mijn intuïtie is daardoor heel sterk. Een kwaliteit. Helaas heb ik die opmerkzaamheid heel lang niet als kwaliteit gezien. Mijn valkuil is namelijk dat ik, als ik overspoeld raak door alle informatie, in mijn hoofd ga zitten. Lange tijd heb ik op die manier geprobeerd controle te krijgen. Inmiddels ben ik me bewust van die valkuil en kan ik hem steeds beter ontwijken. Door juist te voelen in plaats van te beredeneren.
Energie
Mijn lichaam geeft me ontzettend veel nuttige informatie. Als iets me raakt, voel ik dat diep in mijn buik opkomen en ga ik ineens huilen. Als iets me enthousiast maakt, voel ik letterlijk de energie door mijn lichaam stromen. Als ik iets doe wat ik leuk vind, ga ik daar compleet in op. Als ik iets moet doen wat ik eigenlijk niet wil, krijg ik pijn in mijn buik. Als er te veel van me gevraagd wordt, voel ik een soort kortsluiting in mijn hoofd en blokkeer ik. Door die signalen op te merken en ernaar te luisteren, leer ik mezelf kennen en ben ik veel beter in balans.
Zelfkritiek
Lange tijd heb ik het vervelend gevonden dat ik nooit iets ‘gewoon’ kan waarnemen. Ik kan niets meemaken, zien, horen of ruiken zonder die ervaring ergens aan te relateren. Ik word direct in de situatie gezogen en mijn brein legt allerlei linkjes en stelt allerlei vragen. Een energieslurpende gang van zaken. Ik maakte het alleen nog veel vermoeiender door elke keer in de valkuil van zelfkritiek te trappen. Ik veroordeelde mezelf dat ik altijd zo moeilijk deed en nooit iets ‘gewoon’ kon waarnemen. Maar hoe harder ik ertegen vocht, hoe meer energie het kostte. Want mijn innerlijke gevecht riep nog meer linkjes en nog meer vragen op.
Mezelf zijn
Wanneer ik niet in de valkuil van te veel zelfkritiek trap, zie ik de kwaliteit: al die linkjes en vragen in mijn brein stellen me in staat om zowel de details als het grote geheel te zien en om weloverwogen beslissingen te nemen en soms heel creatieve oplossingen te vinden. Dan moet ik mijn brein alleen wel de tijd en ruimte (en rust!) geven om te doen wat het goed kan. Om zichzelf te zijn. Om mezelf te zijn.
(Dit blog is ook te lezen op het platform Hoogsensitief.nl.)